“Angst is niets meer dan een monster in je
hoofd dat je successievelijk zelf in het leven hebt geroepen. Een negatieve
stroom van bewustzijn. Al je angsten zijn niets meer dan denkbeeldige kleine
Gremlins die gedurende je leven je besef zijn binnen geslopen en je geest
hebben verontreinigd.” Uitspraak van een monnik.
Nou zo
heb ik daar nog nooit tegenaan gekeken. En hij ging door met te stellen dat ze
je, meestal vals, behoeden tegen het zetten van waardevolle groei stappen in je
leven. Je wakkert daarmee hun vuur zelfs aan. Maar als je je angsten weet te
veroveren, dan verover je je leven.
Ja, ja,
leuk bedacht was mijn eerste indruk. Even later kwam ik het verhaaltje van
hieronder tegen. Alweer over angst:
Angst hoor altijd bij
het verleden.
(Shri H.W.L. Poonja)
Toen de Advaita-leraar Shri Poonja deze
uitspraak deed, stak het slimste jongetje van de klas zijn vinger op en zei:
‘Als ik straks naar buiten ga en een politieman tegenkom, word ik bang. Die
angst treedt op dit moment op en is daarom een angst van het nu.’ Shri Poonja, niet
voor één gat te vangen, gaf als antwoord: ‘Maar ik zeg je, dat die politieman
al in je geheugen zat. Op het moment dat je de agent in het heden ziet, keer je
terug naar de agent in je geheugen die ooit iets deed waarvan je bang werd. De
agent uit het verleden verandert dan in de agent van het nu. Zal die agent
gekomen zijn om mij op te pakken? Dat is de toekomst, gebaseerd op het
verleden. Er is geen enkel verschil tussen verleden en toekomst. De basis van
de toekomst ligt altijd in het verleden.’
Een
tijdje geleden had ik hier een gast die werkelijk panisch van honden was. Toen ze
hier de witte goed verzorgde ‘zwerfhond’ - die mijn dochter Carlien maar ‘beschermhond’
heeft genoemd omdat hij alles en iedereen hier beschermt – zag wilde ze het
liefste de eerste vlucht met het vliegtuig terug nemen. Achteraf bleek dat ze
vroeger helemaal nooit bang was geweest van honden. Maar als jong kind was ze
tijdens het spelen met honden door een hond gebeten en was er door de omgeving
nogal panisch op gereageerd. In dit geval heeft Shri Poonja in mijn ogen dus
gelijk.
Als je
een baby bekijkt dan kent die baby eigenlijk geen grenzen. Baby’s gaan over het
algemeen aardig onbevreesd naar die grenzen opzoek. Het is het gedrag en de
reacties om hen heen, van hun verzorger(s), het gezin, de cultuur, de omgeving waaraan
ze zich spiegelen. Ze hebben en kweken heel snel een hang naar het (opgebouwde)
bekende (ook als dat door emoties of negatieve energie invloed tijdens de
zwangerschap al is opgebouwd). En daarmee een soort angst voor het onbekende
ondanks een aangeboren ontdekkingsdrang naar die grenzen. Er is immers een nog
onontgonnen vallei aan mogelijkheden. Ervaringen die ze opdoen zijn in wezen niet
droevig of plezierig. Ons denken en de reacties van anderen koppelt die woorden
aan hun ervaring. Een baby zou je kunnen leren om een fantastisch zonnige dag
als deprimerend te ervaren.
Ik las
in een boek dat ik aan het lezen was: “Angst is een geconditioneerde reactie:
een levens opzuigende gewoonte die energie vreet, je creativiteit de das om
doet en je geest verontreinigt waardoor je minder uit je leven haalt dan
mogelijk is. Angst heb je zelf gecreëerd.”
Het
advies van ‘de deskundigen’ is om stapje voor stapje te leren je angsten tegemoet
te treden.
En dit
brengt me weer bij het Labyrint dat ik hier wekelijks begeleid. Daar gaat de
oude Griekse mythe ook over verstorende angsten en gedachten voorgesteld door
een Minotaurus die zich schuil houdt/gevangen gehouden wordt in het hart van
het labyrint. Al heel wat mensen die het labyrint hier hebben gelopen zijn hun ‘minotaurus’
in het labyrint tegen gekomen. Uit hun verhalen nadien merk je dan dat ze zich
soms wel heel erg druk hebben gemaakt over dingen waar ze vanuit hun ervaring
na het lopen nu kunnen lachen.
Het
zelfde heb ik al diverse keren beleefd als ik met mensen aan het thema angst
werk. Vol spanning beginnen ze hun oefening om nadien stralend en met een trotse creatieve
ervaring erbij, de oefening af te ronden.
En
toch, het blijft allemaal gemakkelijk gezegd maar is zo eenvoudig nog niet
gedaan. Ook ik moet regelmatig nog wat Gremlins de deur wijzen.
Frans Captijn
Geen opmerkingen:
Een reactie posten