vrijdag 29 januari 2016

Dood gaan is nog niet sterven. Geen geloof voor nodig.

Er is geen geloof of levensfilosofie voor nodig om er op te kunnen vertrouwen - en dat is zelfs meer dan geloven - dat je als je dood bent niet gestorven bent. Geloof het of niet. Het enige dat je hoeft te doen is er eens bij stil te staan en over te denken. 
En als voor jou, net als voor mij, geloof en/of levensfilosofie weldegelijk ook een rol speelt dan is dat in mijn beleving nog een extra steun in dat vertrouwen.

Waarom ben ik zo stellig in deze overtuiging?

Wie zaait zal oogsten. 
Alles wat je in je leven doet laat een spoor of jouw stempel achter. Je leeft hier niet zomaar. Je bent hier om iets te doen en zelfs al zou je die mening niet hebben dan nog doe je hier iets op deze wereld. En met die bijdrage laat je iets na. 

De natuur leert al dat in slechts 1 zaadje van een boom een heel bos verstopt ligt. En ja, dan moet dat zaadje wel goed vallen en in de meest optimale omstandigheden opgroeien om als boom weer nieuwe zaden voort te brengen. Het zaadje en de boom moeten dat op een natuurlijke manier maar een beetje afwachten. 

Als mensen hebben we daarin weldegelijk een keuze. Wat is jouw optimale, inspirerende en motiverende leefomgeving om te delen wat je te delen hebt? En een vraag die daar bij thuis hoort is; Geef je gevolg aan dat antwoord op die eerste vraag of die oproep? En als dat door wat voor reden - zo lang dat geen generaal excuus is - niet kan, ga je dan voor de best mogelijke plek?

Je laat dus altijd, jong of ouder, iets achter voor anderen van deze generatie of een generatie die na jou komt. Als je je daar een beetje meer bewust van bent dan bedien je de wereld om je heen zoveel meer. En dat heeft niets met rang, stand of positie in de maatschappij te maken. Doe dat wat je te doen staat op de meest optimale plek. Jouw oogst gaat daarmee altijd door. 

Herinneringen blijven. Die acties die je in je leven hebt ondernomen, het maakt niet uit of die in jouw beleving groot of klein zijn geweest, laten herinneringen achter. Goede voorbeelden of ideëen krijgen automatisch opvolging. Jouw aandeel werkt daarin door. Je hebt niet en nooit 'voor niets' geleefd. Herinneringen zijn en blijven de lichtpuntjes die aan anderen kracht en inspiratie geven om op hun wijze verder te leven. En daarin kun je zelf nog een extra rol vervullen. Er is immers niets dat voorgoed verdwijnt als jij de herinnering bewaart. 

Als je kinderen hebt dan komen die voor 50% uit jou voort. 
Ooit eens bewust bij stil gestaan dat je voor 50% uit je vader en voor 50% uit je moeder voort komt? Of je dat nu leuk vindt of niet. En jouw vader en moeder komen weer voor 50% voort uit hun vader en moeder, en zo voort. Je (voor)ouders leven dus in en met jou door zoals ook jij in je kinderen, als je die hebt of krijgt, door gaat. 

Iemand uit mijn neven en nichten kring is eens achter onze familie stamboom aan gegaan. Een onderzoek in de zogenaamde Genealogie. Verbazingwekkend om te zien hoe voortleven tot nu toe al wendingen heeft gekend en waar de familie in de wereld allemaal zijn wortels al heeft liggen. Het is niet alleen leuk om te zien waar je vandaan komt maar geeft ook erfelijke invloeden aan die wellicht ook nog steeds in jou al dan niet latent aanwezig zijn. Geweldig om te ontdekken en vanuit die ontdekkingen te gaan uitproberen en te ervaren. Hoe gemakkelijk kan het zijn? 

Als aanvulling de levensfilosofie en/of religie/geloof.
De levensfilosofie, Boeddhisme, leert dat je je fysieke lichaam kunt zien als de tijdelijke tempel waarin je ziel verblijft. Wat die ziel wil is groeien en dat op de wereld brengen (levens - of ziele missie) wat die ziel te doen heeft. Een ander woord voor dood is ontzield. De ziel is dus weer vrij van het fysieke lichaam en krijgt de gelegenheid - om na een periode van rust, balans opbouwen en groeien in wijsheid - weer een stap verder in ontwikkeling te maken. Het boeddhisme noemt het geen reïncarnatie maar een opnieuw Zijn. Doorstarten. En alles wat je aan wijsheid al geleerd hebt (overigens niet uit leerboeken) neem je dus mee.

Vanuit diverse religies wordt ook een voortleven van de ziel of verrijzenis voor gesteld. Er is sprake van een heen gaan. En dat is duidelijk een beweging van het zoals zo mooi gezegd wordt 'aardse' naar een ik noem het maar een 'spirituele' plek. Een voort-leven.
Je kunt immers nog steeds - in stilte, in gedachte verbonden en met je ogen dicht - het gesprek aan gaan met dierbaren en meesters uit je leven die niet meer fysiek op deze aarde aanwezig zijn.

Als je gelovig bent dan kun je je afvragen hoe het mogelijk zou zijn dat als God je op deze wereld met een reden uit liefde heeft neer gezet, hij in de eeuwigheid zonder jou verder zou kunnen gaan. Er is meer tussen hemel en aarde...

Doe de dingen die je vanuit jouw uniekheid in je leven te doen hebt. Meer wordt niet gevraagd. Wees je er van bewust dat dit niet alleen een blijvende bijdrage aan jezelf maar ook aan de wereld om je heen oplevert. Daarmee sterf je nooit. 

Frans Captijn
www.captijninsight.com

vrijdag 22 januari 2016

Als het kleine jongetje of het kleine meisje blij is... Meer geluk!

“Als het jongetje in de man blij is, is de man blij.”
“Als het meisje in de vrouw blij is, is de vrouw blij.”

Zomaar een opmerking die een CEO van een internationale organisatie in Hong Kong maakte tijdens een van de hikes die ik hier begeleid.

Als we opgroeien dan beginnen we ons ‘te gedragen. We passen onszelf in relatie tot anderen om ons heen aan volgens de zogenaamde ‘geaccepteerde waarden en normen’ van de groep. We verliezen - en verlangen eigenlijk ook steeds meer terug naar – onze jeugd.
Je jeugd. De tijd van speels ontdekken, avontuur beleven, grenzen overschrijden, spelen (soms de clown uithangen), het leven proeven, op een nieuwsgierige manier verbinden. Je bent nog niet te veel afgeleid om je aan te passen aan cultuur, soms religie of je omgeving.  

Omdat we met ons hoofd tegen de muur hebben gelopen of omdat zaken in onze omringende maatschappij niet acceptabel zijn, leren we onszelf in onze vroege jeugd hoe we met een aantal primaire levens kwesties om moeten gaan; Hoe blijf ik veilig en hoe overleef ik?
Zonder onszelf er van bewust te zijn, omringen we ons met allerhande beschermingslagen of stoppen we onszelf in sommige situaties zelfs in een harnas. Zonder het te weten beknotten en beperken we het kind in onszelf en horen we dat kind in onszelf ook niet meer.

Hoe ouder we worden kan er een periode aanbreken dat we er steeds meer naar verlangen om weer eens aandacht te geven aan de roep van dat jongetje of dat meisje in onszelf. Zo’n periode kan bijvoorbeeld zijn wanneer je zelf kinderen krijgt. Door hen staan we onszelf af en toe ook weer eens toe om kind te zijn. Wees je er eens bewust van wat het, meestal, brengt. We veranderen onze stem, gaan weer op de vloer zitten, spelen en verbinden. Grote glimlachen, veel speelse energie, echte verbinding, leven (weer leven voor een korte tijd?). Zodra we ‘buiten’ komen passen we ons weer als ‘volwassene’ aan. Hoe vreemd kan het zijn?

Er is niets mis met steeds vaker te luisteren naar dat jongetje of meisje in je en die roep te volgen. Luister er naar. Je weet als geen ander hoe je op jouw manier weer invulling kunt geven aan die roep. Volg die stem. Wees speels, lach, glimlach, ontdek. Jij wordt er blijer van en die energie heft ook een super positieve invloed op je omgeving.
Neem de dingen in de wereld om je heen eens iets minder serieus. JIJ bent het immers zelf die jouw wereld maakt.

Luister naar dat jongetje of meisje in jezelf en maak ze blij.



Frans Captijn
www.captijninsight.com

vrijdag 15 januari 2016

Je leven als een boom…

In de tuin van een van mijn buren staat een enorme boom. Diverse mensen die hier al bij mij zijn geweest herkennen die boom vast. In de avond, zoals je op de foto kunt zien, zetten de buren hem vaak in het licht. Dagelijks loop ik er aan voorbij en zeer regelmatig sta ik even stil. Steeds is er weer iets aan die boom te ontdekken. Een mooi woord overigens dat ‘ont-dekken’. Er wordt iets zichtbaar voor je dat er al lang is maar dat je nog niet eerder zag. En dat gewoon door even stil te staan.

Als ik met gasten aan de slag ga met talenten dan maken ze met hun talenten ook bij mij hun levensboom. Alle plekken in de boom stellen iets voor. De boom werkt als een archetype met onderliggend de Kabbala[1]. Zo krijg je informatie over bijvoorbeeld je groei punt, je basis aarding, je connectie met de buitenwereld, de connecties met jezelf, met passie en compassie en met dat wat je hier te doen hebt.

De boom van de buren geeft het eigenlijk ook allemaal aan. Het is een robuuste en speelse boom. Soms, na een storm of stortbui, vallen er takken uit naar beneden. Ze breken gewoon af omdat ze de last niet meer kunnen dragen. Bladeren vallen af in de droge koude periode (zie het als herfst) en de nieuwe stuip tot groei en bloei is er in het voorjaar. En ja, alles bij elkaar heet het LEVEN. Die boom is een spiegel van hoe leven is en hoe het bedoeld is. Je kunt er uren over filosoferen. 

De boom zelf doet er ook eigenlijk niets bewust aan om mooi of aantrekkelijk te zijn. Hij is er gewoon. En sommige mensen, en deze boom vooral kinderen, spreekt hij aan. Anderen zien hem niet eens. Ze zijn te druk met andere zaken. Voor de boom geen enkel punt.

Een boom, spiegel van hoe leven bedoeld is. Zijn wie je bent en je verder niet storen aan wat anderen daar van vinden. Sommige mensen trek je aan. Ze staan stil en willen zich oprecht met je verbinden. Anderen niet. Wat maakt het uit? Leven als een boom...


Frans Captijn
www.captijninsight.com




[1] Kabbala is een Hebreeuws woord dat 'ontvangst' of 'openbaring' betekent. Het staat voor een Joods religieus filosofisch systeem dat beweert inzicht te geven in de goddelijke natuur en levensweg. 

vrijdag 8 januari 2016

Reorganisaties zijn onnatuurlijk. Ze verstoren en maken ziek.

Jarenlang heb ik binnen de overheid gewerkt. We gingen van reorganisatie naar reorganisatie. In het bedrijfsleven is het meestal niet anders. Medewerkers werden er vaak ziek van. Rust in de organisatie was er eigenlijk nooit en we gebruikten veel van onze capaciteit om de periodiek terug kerende processen in de juiste banen te leiden. Het ging ten koste van de kwaliteit van het werk dat we moesten leveren omdat de personeelssterkte juist daarop - en in de meeste gevallen eigenlijk al erg krap - was gebaseerd. Derhalve een extra aanslag op de werkdruk van de organisatie met een grotere kans op fouten. 

Regelmatig waren er specialisten – externen - bij nodig die tijdelijk even hun ding deden maar in veel gevallen niet echt de verbinding konden krijgen of bezieling konden inbrengen. Overleg met ondernemingsraden en vakbonden nam toe. Mensen in de organisatie voelden zich onzeker en veel gesprekken gingen keer op keer over die wederom onzekere toekomst. De soms lachwekkende of trieste vertoning van het spel van functiebenamingen en functie waardering diende zich keer op keer aan. (Her)plaatsings processen volgden en uiteindelijk bezwarenprocedures en soms zelfs hele juridische trajecten braken aan. Kortom, het verstoorde aardig dat waar we eigenlijk voor op aarde waren in ons werk.

Nu ik al weer een tijdje uit deze wereld weg ben, en er - vanuit de verhalen die ik van gasten hoor - eigenlijk nog steeds midden in zit, heb ik er een andere kijk op gekregen. En die kijk wil ik graag in mijn weekblog eens delen.

Regelmatig stond ik voor onze medewerkers op de barricaden omdat ook ik graag en eindelijk eens rust in de organisatie wilde. Rust om te doen waar we vooral goed in waren. Vanuit passie en bezieling dat leveren waarvoor we ooit in die organisatie met onze talenten waren gekomen, die we wilden delen, waarmee we wilden groeien en waar we voor waren aangenomen. Nu, met de ervaringen die ik inmiddels hier steeds meer op mag doen, ben ik eigenlijk fout bezig geweest.

Als je niet wilt veranderen dan laat je groei en ontwikkeling niet toe. En dat proces van niet willen veranderen, oude zaken soms los moeten laten en nieuwe toelaten, is feitelijk een verzet tegen willen groeien, anticiperen en aanpassen.

Niet willen groeien (en of dat nu in de breedte, de lengte, de hoogte of de diepte is maakt even niet uit) is een verzet tegen je bestaan. Niet veranderen is dan ook de dood in de pot. En om dan toch aan die veranderingen toe te geven hebben we ons omgeven met zoveel regels gebaseerd op ‘zekerheden’ (die zo onzeker zijn als wat) dat we onze groei zo veel mogelijk verstoren en tenminste zo veel mogelijk uitstellen of tegen gaan. 

Heb ik dat ooit met mijn eigen kinderen gedaan denk ik nu? Als ouders wil je toch niets anders dan dat ze uit zich laten komen wat er in zit. Zo’n proces begeleid je en je gaat je kinderen dus niet keer op keer laten reorganiseren. Je laat het voortdurende proces van groei toe houdt het een beetje in de gaten en probeert de omstandigheden te zoeken of te creëren om het zo goed en zo vrij als mogelijk (en slechts vanuit jouw gezichtspunt, cultuur, achtergrond en intentie) te laten gebeuren. En als ouders, overigens net als de kinderen zelf, hou je de ontwikkelingen om je heen in de gaten om je tijdig aan te passen. Hoe makkelijk kan het zijn.

Als je bij een organisatie solliciteert, doe je dat vanuit de essentie om er jouw talenten te kunnen delen, daaraan te letterlijk en figuurlijk te verdienen en te kunnen groeien. Eigenlijk speelt jouw onderwaterprofiel van groei veel meer een rol dan het functieprofiel dat wordt aangeboden. Het gaat om passie, verbinding, delen, groeien. Kortom, je lekker in je vel voelen zitten door zinvol bezig te zijn. En ook hier geldt altijd een tijd van komen en van gaan. 

Als de groei er voor jou uit is dan helpt het niet om te gaan klagen. Het ligt niet aan de ander of de organisatie dat je niet verder kunt groeien. Jij zit niet meer op het juiste plekje. Dat betekent schuiven in de organisatie (wat lang niet altijd betekent dat dat een financiële verbetering zou moeten zijn) of de organisatie als visitekaartje verlaten.
Visitekaartje omdat je blij mag zijn wat je hebt kunnen leren (je groei), het kunnen dienen (delen van je talenten) en de organisatie voor die tijd blij kan zijn met de inzet die je geleverd hebt.

Hoe vaak komt het niet op een klaagzang aan om niet de verandering aan te gaan? Je maakt jezelf ziek. Met je verhalen en negatievere energie besmet je je omgeving. Je vertraagt het proces van productie, de effectiviteit en uiteindelijk de kwaliteit.
Tijd dus om ruimte te maken voor jezelf en voor de anderen. Helemaal niets mis mee. Daar waar jij deuren sluit gaan nieuwe deuren (voor zowel jezelf als voor anderen) open en… je kunt weer verder groeien en ontdekken.

En wat een organisatie aan gaat. Die bestaat altijd uit leiding en medewerkers. Samen het menselijk kapitaal dat vorm geeft aan het unieke product waar kennelijk op gewacht wordt (anders kan een organisatie immers niet bestaan omdat het geen enkele waarde heeft). 
Het is de taak van dat hele menselijke kapitaal om zicht te houden op de ontwikkelingen van de markt. En daar zitten medewerkers vaak veel dieper als bezielende wortels in. Het inspelen op die ontwikkelingen heet anticiperen. 
En net als bij het besturen van een auto doe je dat voortdurend. Je kijkt niet even en rijdt dan een stuk. Gaat dan weer eens kijken en rijdt dan weer een stuk. Het is een voortdurend veranderingsproces, gedreven vanuit met de benen in de klei (bezielende verbinding met de klant om te weten wat er nodig is). Dat maakt werk een zinvolle bijdrage.
In onze wereld is marketing uitgevonden om mensen regelmatig te laten geloven wat ze nodig hebben in plaats van om te vragen wat er echt nodig is. Hoe zinvol kunnen we bezig zijn. Maar dat even tussen door.
De leiding is er, net als de ouders bij kinderen, voor om dat proces continue te sturen en te begeleiden.

Ook een organisatie heeft een onderwaterprofiel. Het spel dat intern en achter de schermen gespeeld wordt om de missie te volbrengen. Nog steeds begrijp ik niet waarom diverse zaken juist achter de schermen plaats vinden. Misschien komen juist daar alle regeltjes wel vandaan die aan de veranderprocessen gekoppeld zijn omdat het vertrouwen ontbreekt. Een kwalijke zaak. De missie van een organisatie heeft altijd te maken met het er met een specifiek product of dienst te kunnen zijn om te dienen (en ja natuurlijk ook om er in het bedrijfsleven winst mee te maken).

Groei gaat in de natuur in een vloeiende beweging en niet met horten en stoten. De natuur kent geen reorganisaties maar de voortdurende doorgaande beweging van opkomen, blinken en verzinken om over te gaan in het volgende proces van opkomen, blinken en verzinken, enz..
Terug kijkend zie je de groei.

Open staan voor voortdurende verandering door gewoon samen te anticiperen, leiding de leiding te gunnen en samen bezield een product te leveren is waar het in mijn ogen om zou moeten draaien. En jawel, ook bladen vallen van bomen en takken breken soms af. De vruchten zijn niet alleen het product maar ook mensen die genoeg geleerd hebben om elders weer door te gaan. Ze geven ruimte voor nieuwe vruchten om te ontstaan. Dat heet toch geen reorganisatie? Dat is de schoonheid van voortdurende groei.

Ieder voor zich - en gezamenlijk - de verantwoording nemen om bezielend met het vak bezig te blijven in plaats van je steeds weer te laten verstoren door die dingen waar de organisatie eigenlijk niet voor bedoeld was.
Het levert een betere betrokkenheid, een mooier product, flow en blijere gezichten.


Frans Captijn
www.captijninsight.com

vrijdag 1 januari 2016

Leegte, daar zit wat in.

Begin het nieuwe jaar eens leeg.

Toen mijn kinderen nog erg jong waren speelden we vaak samen buiten in de tuin, in de natuur of tijdens vakanties op de camping. Ik herinner me nog hoe we als spel ‘Poelie’, de kat van mijn dochter, vingen. We hadden een lege kartonnen doos. Aan een kant stond die doos dan omhoog en steunde op een takje waaraan we een dun touwtje hadden vastgemaakt. Als we dan wat kattenvoer onder de doos zette, kwam Poelie aangelopen en als hij onder het ‘dak’, de lege doos, zat trok een van de kids aan het touwtje en viel de doos over de kat heen. Voor even maar want hij was snel en lenig genoeg om met een sprong de doos weer van hem af te krijgen. Leuk om te zien en doen. De kat genoot van de aandacht en van het steeds weer de vrijheid tegemoet springen.

Gewoon met een lege doos spelen. Het idee verbindt me met het mooie dat we leegte noemen. Leegte is een geweldige bron voor creativiteit. Leegte betekent absoluut niet niets hebben.

Denk hier eens over na;
Omdat trommels, klokken, etc. leeg zijn van binnen brengen ze hun unieke geluid voort als we ze aanslaan.
Omdat gitaren, violen, etn. Leeg zijn van binnen brengen ze hun unieke geluid voort als we de snaren beroeren.
Omdat trompetten, horens, fluiten, etc., van binnen leeg zijn brengen ze hun unieke klanken als we er in blazen.
Omdat een spiegel leeg is, spiegelt hij.

Niets wordt toegevoegd en niets wordt weg gelaten. De beoordeling of veroordeling komt uitsluitend en alleen door onszelf of door het publiek dat luistert of kijkt.

En als ik dan denk aan die lege doos, zoals hierboven, dan denk ik aan ‘out of the box’. Out of the box denken is de basis van creativiteit. En waarom dat dan juist buiten die doos moet? Omdat onze ‘doos van gedachten en ervaringen’ meer dan stampend vol is. Er is geen ruimte, geen leegte meer over.

Wikipedia: “Creativiteit is een vermogen om iets nieuws te scheppen. Een individu of een groep toont creativiteit wanneer een nieuw concept of object wordt gemaakt, of wanneer een originele oplossing voor een probleem wordt gevonden.

Leegte kun je zien als de wieg van creativiteit. Leegte is een bron.
Leegte kun je gaan ervaren door te stoppen met het zoeken naar dingen buiten je en je te richten op de stilte waarin je dingen in jezelf kunt ontdekken. Stilte is niet het ontbreken van iets maar de leegte ervaren om je bewust te kunnen zijn van alles dat er is.

Je hoeft je leegte maar te vinden en aan te raken om de uniekheid in je eigen creativiteit in jezelf te kunnen ontdekken.

Leegte... daar zit wat in!


Frans Captijn
www.captijninsight.com