vrijdag 6 september 2013

Niets zijn… maakt je alles.



In onze wereld lijkt het er wel allemaal om te draaien dat we iets voorstellen. Een soort ‘ranking’ binnen ons systeem. Met ons hoofd, net weer effe anders, boven het maaiveld uitsteken. Hoewel dat gevaarlijk kan zijn zo weet ik uit ervaring.

Al eerder heb ik geschreven dat ik heel erg dankbaar ben voor de stimulans die ik altijd van mijn ouders heb gehad voor en bij mijn studie. Zij vonden en zagen dat er ‘meer’ in zat. Welke tussenliggende ‘afslagen’ ik op mijn levenspad ook bezocht, zij brachten me regelmatig op een ander spoor. Het werd een spoor van stapje voor stapje, zowel met mijn opleidingen als ook in mijn banen en functies, hoger.

Door die stap voor stap manier, die ik nu als Kaizen vaak hier bestempel, heb ik me in allerhande ‘kringen’ mogen begeven. Ik heb me overal thuis gevoeld en was, zo hoor ik inmiddels steeds vaker van mensen om me heen, wie ik nog steeds ben; ‘Niets veranderd’. Die ‘kringen’ anderzijds bestempelde mij echter regelmatig als ‘vreemde eend in de bijt’. Iemand met het hart op de tong, een nar, die vaak zei wat anderen alleen maar durfden te denken. Geërfd van mijn moeder die als actrice, in welk kostuum of met welke lagen make-up ze ook bedekt was, haar echte zelf nooit verborg.

Het verhaal dat ik hoorde, in combinatie met mijn ervaring met Khun Wang, riep de vraag in me op waarom we altijd iets moeten voorstellen, iemand moeten zijn?
Jaren was ook ik trots op mijn mooie uniform of de burger pakken waarin ik liep. ‘Kleren maken de man’, een gevleugelde uitspraak van mijn moeder. En ja, dat vind ik ook nog steeds. En toch zit er ook iets heel aparts achter zo leerde ik van het verhaal en van Khun Wang.

Heel veel mensen die ik ken dragen, om hun rol of functie te ondersteunen, een soort uniform. Of dat nu een net pak, een mooie jurk of een uniform is. Ze stellen ‘iets’ voor en ze laten dat er (nog meer) mee zien.
In de meeste gevallen stralen ze echter slechts de buitenkant uit. Ze zijn de hele dag in de weer, vanuit eigen verlangen of de verwachtingen waarvan ze denken dat de buitenwereld die van ze heeft, om dat mooie verenpak in stand te houden. Dat kost enorm veel energie. De gezondheid vaart er absoluut niet wel bij. En, alweer een uitspraak van bij ons thuis, als je hoog 'staat' kun je ook heel diep vallen.

Hier in Thailand heb ik steeds meer mooie contacten met mensen die niet de minste posities hebben in de (internationale) zaken- & overheidswereld. Geweldig mooie ‘profielen’, zat ‘gestudeerd’, geweldige verhalen, enorme ‘netwerken’. En jawel, je kunt gelijk zeggen heb je dat zelf ook niet Frans? Klopt.
En waar ik hier, door hun verhalen, nu door wakker wordt geschud is dat die uiterlijke vertoningen ze absoluut niet blij maakt. Eerder juist kwetsbaar, verdrietig en uitgeput. Die privé verhalen zal ik je besparen. Ik kan je vertellen dat ze vaak in en in triest zijn. En van buiten... straalt het tomeloos gelukkig uit.

Ze gaan, nee moeten van zichzelf, steeds harder werken en zich met steeds meer uiterlijk vertoon naar de buitenwereld presenteren. En dat, terwijl ze vaak feitelijk aan de binnenkant in een ‘broken home’ leven. Vooral bedekt, dat wel. Een gigantisch zware last die ze mee tornen op de schouders. The show must go on…

Khun Wang heeft dat niet en kent dat niet. Hij is niets en hij heeft eigenlijk ook niets. Een staat van ‘niets’. Maar dat niets maakt hem juist alles!

Hij is en blijft mens. Hij kan net als ieder ander uiteindelijk niets mee nemen. Niemand is op hem uit. Waarom zou je jaloers op hem zijn. Van dat wat hij niet heeft deelt hij nog, koude thee en wat tropisch fruit ‘Dragon Eyes’ uit zijn tuin.

Hij heeft niets en heeft ook niets te verbergen. Hij hoeft niet mee in het ‘spel’, heeft geen voelsprieten om hem heen nodig om in de gaten te houden wie hem zou willen beschadig of het hem niet gunt. Hij is open en doordat hij open is geniet hij van alles om hem heen. Die andere, in mijn beleving échte, vorm van aandacht. En het mooiste is, je loopt zo bij hem binnen. Hij heeft altijd tijd voor je, is oprecht geïnteresseerd. Hij hoeft er, nee wil er niet eens, beter van te worden. Hij ‘is’.

Ik ken ze nog zo van vroeger als kind, die mensen in de buurt die ‘niets’ waren en er eigenlijk altijd waren. Ik ken ze nog zo uit de omgevingen later. Die mensen die er, zonder ook maar iets te vragen, altijd waren en klaar stonden met dat wat ze hier 'gewoon' te brengen hadden en hebben. ‘Vrijwilligers werk’ noemen ze het vaak. Die mensen, die in de (on)echte wereld zogenaamd niets voorstellen, die doen er in mijn ogen juist toe. 

Gelukkig zijn ze er nog steeds. Van die échte warme open en oprechte mensen die er gewoon altijd en alleen maar zijn. Ja, ze zijn

Niets maakt je alles!

Frans Captijn  


Geen opmerkingen:

Een reactie posten